Tekst uit het boek Exodus
Hoofdstuk 5, vers 1-4
Reflectie
In het Schriftgedeelte van vandaag negeert Farao arrogant de geboden van God. Hij heeft ongetwijfeld zijn redenen. Hij is tenslotte heerser over een machtig koninkrijk. Hij voert het bevel over legers en slaven. Hij komt uit een machtige lijn van gerespecteerde mannen met een semi-goddelijke status. Hij is krachtig. Maar ondanks al zijn grootsheid, stelt hij op het eind nog minder voor dan vliegen en kikkers omdat hij de knie niet buigt voor zijn ware schepper.
Ieder van ons is een zoon van God, geschapen naar Zijn beeld, om naar Zijn gelijkenis te leven. Ieder van ons heeft vele sterke punten en als gevolg daarvan is trots een constante verleiding. Wanneer onze trots groeit, geven we ons steeds meer over aan onze eigen impulsen. Dit leidt echter altijd tot onze ondergang. Vroeg of laat (meestal vroeg) merken we dat we door het ijs zijn gezakt omdat we impulsieve beslissingen uit het verleden, die misschien klein begonnen maar enorm zijn gegroeid, niet meer onder controle hebben: verslavingen, afleiding, frivole bezigheden, verveling en (het ergste van alles) zonden. Als we ons door onze trots laten leiden, worden we uiteindelijk machteloos.
Houd jouw ogen nederig op de hemel gericht en onthoud dat God erop staat dat je vrij bent. En Hij wil die vrijheid tot stand brengen. Praat vandaag in jouw heilig uur met de Heer over trots. Vraag Hem om je te laten zien waar jouw trots zit. Vraag Hem vervolgens om jou ware nederigheid te leren. Bid dan dat Hij je de moed en genade geeft om vanaf vandaag naar die ware nederigheid te gaan leven.